Skip to main content

Houd oog voor alle dimensies van betekenisvol leren

Betekenisvol leren heeft meerdere in elkaar grijpende dimensies: vanuit de leerling, vanuit de leraar en vanuit de maatschappij.

De leerling wil weten wat leerstof te maken heeft met het echte leven, wat hij ermee kan in relatie tot anderen en wat hij er aan heeft voor het behalen van een diploma. Dit sluit aan bij wat de maatschappij verwacht van de school: het voorbereiden van jonge mensen op hun rol in de toekomstige maatschappij. Daarvoor is volgens Biesta  socialisatie, kwalificatie en subjectificatie nodig. De leraar kan de intermediair zijn die met leerlingen de link tussen de lesstof en de wereld onderzoekt. Hij kan dit pas bereiken wanneer de relatie met zijn leerlingen goed is en hij zich in hen inleeft. De leraar kan de leerstof betekenisvol maken voor zijn leerlingen.

Betekenisvol leren kun je vanuit verschillende startpunten bereiken. In figuur 1 is dit visueel voorgesteld.

Bureau Talent Oplossing Betekenisvol Leren

 

Je kunt starten vanuit de vraag van een leerling en die vraag koppelen aan leerdoelen. Of je start vanuit leerdoelen en maakt die vervolgens betekenisvol voor de leerling. Daarbij moet je je als leraar voortdurend afvragen: Waarom is dit belangrijk voor mijn leerlingen? Wat hebben ze hieraan? Dat houd je scherp en het zorgt ervoor dat je niet met een mond vol tanden staat als je die vragen krijgt.

In de periode dat jongeren op het voortgezet onderwijs zitten, groeit hun capaciteit om abstract te denken en dus vanuit verschillende perspectieven naar een onderwerp te kijken. Ze gaan er niet meer klakkeloos vanuit dat het klopt wat een leraar zegt, maar stellen kritische vragen. Dat is nodig als we willen dat ze opgroeien tot kritische burgers! Dat zorgt er ook voor zij naar hun eigen denken en leren kunnen kijken op abstract niveau. Ook kunnen ze zogenaamde metacognitieve vaardigheden ontwikkelen. Dit zijn vaardigheden die nodig zijn om succesvol te zijn op school en in een studie.

Leids Museum Debat: een voorbeeld van betekenisvol leren

Vanuit de stelling  ‘Het verhaal van de Mayflower hoort niet in het Nederlandse geschiedenisonderwijs thuis’, debatteerden leerlingen van Leidse scholen. Dit was betekenisvol voor de drie groepen.

Vanuit de leraar

In het museumdebat speelden de educatiemedewerkers van Erfgoed Leiden en Museum Volkenkunde de rol van expert. Zij hadden bronnen aangeleverd waarmee ze de leerlingen onderzoek lieten doen. Het debat was dus een voorbeeld van de rechterversie in figuur 1: de experts kozen het onderwerp en lieten aan de leerlingen zien waarom ze het onderwerp zelf betekenisvol vonden. Daarbij was overigens duidelijk dat de volwassenen zelf ook lerend waren. Een van de experts vertelde in de inleiding van het debat dat ze zo benieuwd was naar wat de leerlingen aan argumenten zouden inbrengen, want ze was er zelf nog niet uit of we nou wel of niet aandacht moeten besteden aan Mayflower.

Vanuit de leerling

De leerlingen kwamen van drie verschillende scholen en uit de klassen 1 tot en met 5 en vormden een zeer diverse groep. Zij gaven aan dat zij het waardevol vonden om zich met voorheen onbekende jongeren te verdiepen in dit onderwerp om vervolgens met elkaar in debat te gaan. Hoewel de contacten op afstand waren, moesten zij wel in een team opereren in het debat. Ze hadden elkaar nodig bij het onderzoek en verdeelden de taken en de argumenten. Het debat had op deze manier een socialiserende functie.

Inhoudelijk vonden zij het debat ook betekenisvol. In een week dat er wereldwijd protesten tegen discriminatie plaatsvonden, hielden zij zich bezig met een stukje geschiedenis dat voor een bepaalde bevolkingsgroep rampzalig was: de Native Americans. Een van de leerlingen vond dat het verhaal van de Mayflower niet in het Nederlandse geschiedenisonderwijs thuis hoorde. Hij zei het volgende: ‘Leerlingen kunnen maar een bepaalde hoeveelheid kennis leren op school. Het verhaal van de Mayflower is in onze geschiedenis maar een klein verhaal, maar over de boeren die naar Zuid-Afrika gingen, heb ik bij geschiedenis ook weinig geleerd. Als we dan beperkte tijd hebben voor geschiedenisonderwijs vind ik dat verhaal belangrijker. Dat verhaal heeft namelijk enorm veel impact gehad op onze geschiedenis en die van andere landen, Zuid-Afrika voorop.’

Vanuit de maatschappij

In de turbulente tijden waarin we leven, met het coronavirus en anti-racismeprotesten hebben we jonge mensen nodig die leren om vanuit meerdere perspectieven te kijken. We hebben er als maatschappij alle belang bij dat de jonge generatie gestimuleerd wordt om naast inhoudelijke kennis en vaardigheden, een plek te vinden waarin ze hun identiteit goed kunnen ontwikkelen en de waarden van onze maatschappij tegen het licht houden, opnieuw vormen, delen en doorgeven.

Tot slot, onderwijs dat duidelijk maakt welke verbinding bestaat tussen wat er in de maatschappij en op school gebeurt, draagt bij aan de ontwikkeling van jongeren. Dan kunnen zij hun eigen mening vormen, gebaseerd op betrouwbare bronnen en zal het onderwijs daarmee betekenisvol zijn.

Inspiratiebronnen voor deze blog:

Interview met Nikki Udo, onderzoek bij het NJI: https://www.nji.nl/nl/coronavirus/Ouders/Dagelijks-leven/Veel-geleerd-tijdens-thuisblijven,-maar-dan-anders

Biesta, G. (2015) Het prachtige risico van onderwijs. Culemborg: Uitgeverij Phronese.

Leids Museum Debat: Erfgoed Pilgrim & Mayflower Leiden400 Digidebate: https://sociating.com/blog/35/leids-museum-debat-design-thinking-challenges-science-debating-for-primary-/

Experts in de ontwikkeling van cognitief talent (10 – 18 jaar)

Middelstegracht 87f
2312 TT Leiden
Nederland
+31 71 7850850
info@bureautalent.nl

Volg ons

Op de hoogte blijven?
Ontvang onze nieuwsbrief